Zoveel mensen, zoveel wensen, zoveel bowls. Bowl food is één van die foodtrends die onverminderd populair blijft. Niet zonder reden, want je kunt er alle kanten mee op. Van een poké bowl met zalm tot aan Mexicaanse burrito rice bowl. En vandaag op het menu: de buddha bowl. Wat is het en hoe moet je zo’n buddha bowl maken? Dat laten we je zien!
Veelgestelde vragen over dit onderwerp
Een buddha bowl is een kommetje met groenten, een plantaardige bron van eiwitten en een gezonde graansoort als quinoa of bruine rijst. Vervolgens worden de ingrediënten op smaak gebracht met een dressing en wordt het geheel bestrooid met toppings als ringetjes bosui, noten en zaden of verse kruiden. Lekker én gezond bowl food dus!
Ja, het hele idee van een buddha bowl is juist dat ‘ie vegan is. Of op z’n minst vegetarisch. Een belangrijk onderdeel is namelijk de plantaardige bron van eiwitten. Denk aan kikkererwten, kidneybonen en linzen. Maar ook edamame, reepjes tofu of tempeh doen het altijd goed. Zo maak je in no time een complete en gebalanceerde maaltijd. Zonder gedoe!
Yes, een buddha bowl is zeker gezond! De basis wordt namelijk vaak gevormd van de meest voedzame granen. Denk aan volkorenrijst, bulgur en spelt. Maar bijvoorbeeld ook quinoa kan dienen als basis. Daarnaast zit de bowl bomvol groenten. Bovendien krijg je door de plantaardige eiwitten vaak ook nog minder vet binnen. Het is dus helemaal verantwoord genieten!
Kort antwoord: wat je maar lekker vindt! De één druppelt wat sojasaus of sesamolie over z’n groenten en de ander mengt er juist een flinke dot teriyakisaus doorheen. Lekker met wat spicy sriracha of wasabi. Niet zo’n van fan Aziatisch? Geen probleem. Probeer dan eens wat pesto, hummus of gewoon wat honing-mosterddressing. Kijk vooral even wat past bij je groenten of wat je nog hebt liggen!