Zelf groentebouillon maken? Zo doe je dat!

Bouillon is een echte smaakmaker. En lekker makkelijk ook. Zeker als je een paar blokjes gebruikt. Maar je kunt ook zelf groentebouillon maken. Dat is niet alleen lekker, maar ook nog heel gezond én economisch verantwoord. Je kunt er namelijk gewoon restjes groente voor gebruiken. Maar hoe doe je dat? Wij laten het je zien met een makkelijk recept!

Wat heb je nodig?

Om een zelf een krachtige groentebouillon te maken heb je drie dingen nodig: groenten, smaakmakers en water:

• Groenten
  De basis van je bouillon bestaat uit uien, wortelen en selderij (of prei). Die moeten er eigenlijk altijd wel in zitten. Verder kun je ook tomaten, champignons, venkel of pastinaak gebruiken. Groenten die veel kleur afgeven (rode bietjes) en bittere groenten (witlof, spruitjes) zijn minder geschikt.

• Smaakmakers
  Een paar tenen knoflook zijn onmisbaar in een krachtige bouillon. Net als laurierblaadjes, peperkorrels en een snufje zout. Verder zou je nog kruidnagels kunnen gebruiken en verse kruiden als peterselie, tijm of rozemarijn. Eigenlijk alles wat je nog in je koelkast hebt liggen. Gedroogde kruiden kunnen ook, maar houd er wel rekening mee dat de bouillon nog een zeef heen moet!
  

• Water
  Hier kun je natuurlijk gewoon water uit de kraan voor gebruiken. Maar je wilt natuurlijk wel genoeg groentebouillon maken. Bijvoorbeeld om in te vriezen. Dus zorg in ieder geval voor een grote pan waar je heel wat liter in kwijt kunt. Op die manier heb je met maar één keer koken genoeg bouillon voor de komende tijd. Efficiënt en lekker!

Hoe moet je groentebouillon maken?

Zelf groentebouillon maken is heel makkelijk:

1. Maak je groenten schoon en snijd ze in grove stukken. Schillen is vaak niet nodig. Je kunt ook het uiteinde van wortelen gebruiken of uien met de schil er nog omheen.
2. Verhit een scheutje olijfolie in een grote (soep)pan en bak de groenten even aan tot ze zacht zijn en een mooi kleurtje hebben. Je kunt de groenten ook roosteren in de oven voor een nog krachtigere bouillon.
   
   
3. Voeg je smaakmakers en kruiden toe. Schep het geheel nog even een paar keer om.
   
   
4. Voeg nu het water toe en breng aan de kook. Als de bouillon kookt, draai je het vuur laag en laat je het nog minimaal 1,5 uur sudderen op een laag pitje. Hoe langer, hoe beter. Check tussendoor of je schuim ziet. Zo ja, schep het dan weg met een schuimspaan. Je kunt dit natuurlijk ook allemaal doen in een slowcooker.
   
   
5. Giet af door een zeef en vang de bouillon op in een andere grote pan. Proef de bouillon en voeg eventueel nog een snufje zout toe om het op smaak te brengen. De groenten hebben hun werk gedaan en kun je weggooien.

Zelfgemaakte groentebouillon bewaren

Je kunt de groentebouillon af laten koelen en ongeveer 3 dagen in de koelkast bewaren. Je kunt het ook goed invriezen. Doe het dan in een goed afgesloten bakje of ziploc zakje. Op die manier blijft het maanden goed. Ook handig: giet een beetje bouillon in een ijsblokjeshouder. Zo heb je snel een extra smaakbommetje voor zelfgemaakte sauzen!

Recepten met groentebouillon

Je kunt de bouillon gebruiken om couscous of bulgur in te wellen of om rijst lekker te maken. Maar je kunt het natuurlijk groentebouillon maken voor in een soep, risotto of curry. Dit zijn onze favoriete recepten waar je je zelfgemaakte groentebouillon voor kunt gebruiken: