Iedereen heeft wel eens kipsaté gegeten. Bij de Chinese rijsttafel, bijvoorbeeld. Lekker met pindasaus. Maar dat is niet echt te vergelijken met saté ajam. Daarom laten we je vandaag zien hoe je echte Indische kipsaté maakt. Zonder pakje of zakje!
Veelgestelde vragen over dit onderwerp
Sate ajam is een populair gerecht uit de Indische keuken. In Nederland kennen we het ook wel als kip saté. Hierbij worden stukjes kip aan een stokje geregen en vervolgens gegrild en geserveerd met een saté- of pindasaus. Meestal wordt het gegeten als snack, maar je kunt de kipspiesjes natuurlijk ook gebruiken als onderdeel van je hoofdgerecht. Zo smaken ze goed bij nasi, bij een portie friet of gewoon op een broodje.
Er zijn verschillende dingen die je kunt serveren bij sate ajam. De meeste sate ajam recepten worden geserveerd met witte rijst, met nasi of op een stokbroodje . Een salade of wat friszure atjar tjampoer doen het daarbij goed als tegenhanger bij de pittige pindasaus. Vaak wordt de sate ajam ook geserveerd met seroendeng of gefrituurde uitjes voor wat crunch.
Snijd de kip in blokjes en marineer ze vervolgens in een mix van ketjap, djahé, ketoembar, djintan en wat limoensap. Laat de kip een paar uur marineren en rijg de blokjes vervolgens aan satéprikkers of spiesjes. Maak ondertussen een lekkere pindasaus. Bak of grill de spiesjes daarna gaar in een grillpan, in de oven of op de bbq en serveer met pindasaus, gebakken uitjes en kroepoek.
Nee, saté en pindasaus zijn niet hetzelfde. Bij saté hebben we het namelijk over het vlees. De stokjes met gemarineerde kip of varkensvlees. Pindasaus is een saus op basis van pinda’s die je bij die saté serveert. En satésaus? Daarmee bedoelen we eigenlijk alle sauzen die je bij de saté serveert. Pindasaus kan dus een satésaus zijn, maar satésaus is niet per se pindasaus!