Nasi Goreng van Lassie is gekruid met Indonesische specerijen. Hiermee staat de klassieker snel op tafel.
Zó maak je je eigen Nasi
Er zijn duizend en één manieren om nasi te maken. Met kip, hamlappen, of juist vegetarisch. En behalve met de ingrediënten kun je ook met Aziatische smaakmakers alle kanten op. Er is één belangrijke regel voor de bereiding van nasi: gebakken rijst.
Nasi – officieel ‘nasi goreng’ – werd halverwege de vorige eeuw in ons land geïntroduceerd door de mensen die vanuit Indonesië hierheen kwamen. Met succes, want het gerecht klom al snel op tot hét symbool van de Aziatische keuken. En nog altijd steelt nasi op menig verjaardagsfeestje de show.
Wat is nasi?
Nasi goreng betekent letterlijk ‘rijst gebakken’. In Zuid-Oost Azië dient het gerecht vaak als ontbijt. Logisch, als je je bedenkt dat er dagelijks wereldwijd miljoenen pannen rijst staan te pruttelen – voor veruit de meeste wereldburgers is rijst de belangrijkste voedselbron – en er dus wel eens een restje overblijft. Bakje het restje op, dan heb je nasi goreng. Oneerbiedig gezegd is het een ‘restverwerkingsgerecht’. Maar eigenlijk is nasi maken gewoon een slimme en heerlijke manier om je restje rijst een tweede kans te geven. Heb je geen restje? Geen punt, met ‘vers’ gekookte rijst maak je natuurlijk ook heerlijke nasi!
Hoe maak je nasi?
Ga je voor de traditionele manier, laat dan de gekookte rijst eerst afkoelen. Liefst uitgespreid over een theedoek of in een wijde kom zodat de rijst niet plakt. Daarna bak je ‘m op met wat je lekker vindt om erdoorheen te doen, zoals kip of vis. Of ga voor een gezonde vegetarische nasi met tofu en groenten. Tot slot voeg je (Aziatische) smaken toe. Neem je liever de shortcut met nasi maken, laat dan de gekookte rijst even uitstomen en bak ‘m daarna. Helemáál grote passen zet je met Lassie gekruide rijst Nasi Goreng, daar hoef je namelijk geen smaakmakers aan toe te voegen.
Nasi zonder pakje
Nasi maak je trouwens ook heerlijk zonder pakje, je voegt namelijk gewoon je eigen favoriete smaakmakers toe. Gember, ketjap, sambal, kurkuma, gedroogde garnalen, sojasaus, boemboe: het mag allemaal. Wil je echt uitpakken, dan zet je naast een bord dampende nasi een paar goedgevulde bakjes op tafel met zoetzure komkommer, gebakken uitjes, omeletreepjes of gebakken ei, lente-ui, sambal, kroepoek… Nasi eten is een feest!